Vocabulary, vocabulary, vocabulary

Hoe leer je het beste een nieuwe taal? De meningen lopen uiteen, al was het alleen al in de verschillende onderwijsvisies. Taal is niets meer dan symbolen (woorden) die zaken duiden en volgens bepaalde regels (grammatica) in een bepaalde volgorde worden gezet, of kleine aanpassingen geven aan die duidingen. Zowel grammatica als woordenschat zijn belangrijk voor het beheersen van een taal. Echter, met veel kennis over grammatica en een kleine woordenschat zal je moeite hebben te luisteren naar en lezen van de taal, en kan je je zowel verbaal als via schrift niet (duidelijk) communiceren. Andersom, brede woordenschat met gebrekkig grammatica begrip, zal tot minder problemen leiden. Zeker, er kunnen situaties zijn waar de grammatica zeer bepalend is voor de boodschap, maar dan nog steeds zal je beter met de taal uit de voeten kunnen dan wanneer het andersom zou zijn.

Bald and bankrupt heeft een interessante clip hierover gemaakt. Bald, een Youtuber met bijna 2 miljoen volgens, reist veel door Rusland en de rest van de wereld, waar hij zich met gemak doorheen communiceert. Russisch is een grammaticaal moeras en Bald geeft aan dat een fout in grammatica, communicatie niet per definitie in de weg zit.

Wel geeft Bald aan op 3:38 dat de enige mensen die grammatica moeten kennen, mensen zijn die Russisch studeren. Zeker, hij spreekt hier vanuit zijn ervaring als toerist in een land met een vreemde taal. Als je een taal moet beheersen voor hoger onderwijs of voor je werk, moet je dat foutloos kunnen doen. Veel van onze leerlingen komen in deze situatie. Al is het de vraag in hoeverre een MAVO leerling het verschil tussen de present perfect en de present perfect continuous zou moeten weten. Eerder zou ik die tijd dan willen besteden aan het verbreden van de woordenschat.

Ik pleit dus niet voor de afschaffing van grammatica onderwijs. Integendeel, in mijn systeem zit grammatica verankerd met veel inslijpingsopdrachten. Mijn leerlingen moeten in klas 5 en 6 nagenoeg foutloos opstellen kunnen schrijven. Echter, als je de nadruk meer legt op grammatica en woordenschat ‘erbij’ doet, krijgt de leerling het gevoel dat woordenschat slechts een kleinere rol heeft dan beheersing van grammatica. Woordenschatverwerving moet structureel aangeboden worden.

Daarnaast heb je natuurlijk wel een basis grammaticakennis nodig over een taal. Als je alleen Ierse woorden leert, maar niet weet dat de woordvolgorde in een zin anders is dan in het Engels, kan je in de war raken. “Is maith liom an Geilge” betekent “Ik vind het leuk om Iers te leren”, maar letterlijk staat er “Het is goed voor mij het Iers.” Deze basiskennis zou je kunnen zien als het A1(A2) niveau van een taal. Daarom ook mijn pleidooi om grammatica niet af te schaffen, maar de plek te geven die het ook heeft in een taal.

In deze Coronacrisis heb ik drie 5v leerlingen die naar mij toegestapt zijn met de zorg dat ze achterstanden hebben bij Engels die ze met reguliere lessen niet kunnen inhalen. Bij alle drie kwamen zij tot de conclusie dat het schortte aan woordenschat. Ze begrijpen simpelweg de teksten niet en komen, letterlijk, niet uit hun woorden bij de productie. Het is beter als een leerling een begrip heeft van een tekst via de woorden, en vanuit daaruit meer in aanraking komt met de nuances van een tekst.

Maar hoe kan ik die drie leerlingen een startpunt geven om hun woordenschat bij te brengen, zonder hen alle woorden van de afgelopen 4 jaar te laten leren? Hier gebruik ik de NGSL voor. De NGSL is een woordenlijst van ongeveer 3000 woordenfamilies die 92% beslaan van alle standaard Engelse teksten. Dit is nog niet voldoende voor de belangrijke 98% (pdf) die nodig is voor goed tekstbegrip, maar leerlingen die de NGSL kennen, hebben wel een stevige basis waarna ze zelf aan de slag kunnen met persoonlijke woordenlijstjes, of bijvoorbeeld aan de slag gaan met de Academic Word List (een lijst met meest voorkomende algemene woorden in academische teksten).

Om leerlingen op weg te helpen heb ik niet alleen een ERK-code per familie gegeven, maar ook de Nederlandse vertaling erbij gezet. Zo kunnen leerlingen direct aan de slag en bijvoorbeeld de lijst in WRTS of ander woordjesoverhoorprogramma aan de slag. Dit scheelt tijd. Tijd die besteed kan worden aan bijvoorbeeld lezen van literatuur. De lijst dient bij mij voor ondersteuning van de zwakke leerling. Zonder kennis van die basiswoordenlijst blijf je achter de feiten aanlopen.

Voor reguliere leerlingen is het belangrijk woordenschat te blijven aanbieden en hen les in, les uit duidelijk te maken dat een brede woordenschat de sleutel is tot een goede beheersing van de taal. Grammatica dient daar niet voor de verdwijnen. Integendeel, veel leerlingen zullen veel baat hebben bij goed grammatica onderwijs. Ik denk alleen dat woordenschatverwerving vaak onderschat wordt, iets is wat er nog bij komt, terwijl het het hart van een taal is; words speak louder than grammar.

 

De NGSL woordenlijst met ERK en Nederlandse vertaling. Erk niveaus komen van www.vocabkitchen.com, de vertalingen zijn gebaseerd op Google vertalingen, met een eigen ‘oog’ voor aanpassingen.

 

 

Vooruitkijken 2018-2019

Het schooljaar 2017-2018 zit er bijna op, dus tijd voor een reflectie en wat vooruitzichten. Het was een vol, druk en bevlogen jaar. Niet alleen is er veel werk verzet in het maken van nieuw lesmateriaal dat beter aansluit bij de hedendaagse onderwijsbehoeften van mijn leerlingen, ook hebben mijn persoonlijke inzichten in het onderwijs een grote groei doorgemaakt. Opvallend is dat, zeker in de laatste maanden, steeds focus kwam te liggen op kennisverwerving. Mede dankzij boeken zoals The Seven Myths about Education en Make it Stick ben ik kritischer gaan reflecteren op mijn eigen onderwijs. Tegelijkertijd mocht ik het afgelopen jaar een nieuwe Elektronische Leeromgeving proberen (Moodle via OpenEdu) en is deze pilot in het eerste jaar succesvol afgerond (lees hieronder over het vervolg).

Gameful design
Komend jaar mag ik ook een groep docenten bij ons op school begeleiden die, aan de hand van het gameful design diagram, knelpunten gaan aanpakken in hun lessen. Dit mogen zowel grote als kleine problemen zijn. Ook wil ik het lezen van onderwijsliteratuur promoten. De intiële workshop twee weken geleden was in ieder geval al een groot succes

Structureren en stabiliseren
Volgend jaar heb ik dezelfde vier leerlagen als dit jaar alleen neem ik een dag ouderschapsverlof op. De focus zal volgend jaar liggen op structureren en stabiliseren.  Ik heb niet de intentie grote nieuwe stappen te zetten, maar vooral te reflecteren en te tweaken op dat wat er is.

Consumeren en produceren
Het afgelopen jaar heb ik van verschillende mensen gehoord dat ik moet waken dat mijn onderwijsideeën en materiaal ook inzetbaar voor anderen zouden moeten zijn. Je wilt je nalatenschap veiligstellen. Ik ben het hier niet mee eens. Zodra ik rekening moet gaan houden met iedereen die mogelijk mijn ideeën wil implementeren ben ik niet meer voor mezelf aan het werk en stel ik grenzen die mij beklemmen. Ik ben van de scherpe randjes die niet voor iedereen geschikt zullen zijn. Ik wil grenzen opzoeken; anderen mogen gaan vijlen. Ik hoop vooral mensen te inspireren om kritisch en creatief naar hun eigen onderwijsproces te kijken. Ik wil niet dat mensen consumeren, maar produceren.

Hieronder volgen de punten die ik voor ogen heb voor het komend schooljaar. De punten zijn een eerste opzet. Het is bedoeling deze punten later in een eigen post of op een eigen pagina uiteen te zetten.

Klas 1: project 1 – leren leren

Bij klas 1 komen de grootste aanpassingen. Deze aanpassingen staan vooral in het teken van werkdrukvermindering en verwerking van de enquête die ik bij mijn drie klassen 1 heb afgenomen.

Kaartjes eruit, HUD erin
Alle papieren kaartjes gaan eruit. Ik gebruikte deze kaartjes om de ClassCraft vaardigheden inzichtelijker te maken en primary missions duidelijk te communiceren. Los van het feit dat kaartjes snijden veel tijd kost, voegt het niet veel toe. Leerlingen raken mapjes kwijt of kijken er soms naar, maar de afstand tussen de kaartjes en het leerproces is te groot.

In plaats van de losse kaartjes komt er meer informatie in het leeroverzicht (de HUD) dat zij iedere week in hun mailbox krijgen. Hierop staat de primary mission vermeld, evenals de MP-punten en andere zaken die van belang zijn. Ook zullen de kaartjes nog voor een deel zichtbaar zijn in het informatieboekje dat leerlingen krijgen aan het begin van iedere module.

ClassCraft eruit, eigen systeem erin
Ik ga volgend jaar geen ClassCraft meer gebruiken. Ten eerste omdat met twee uur Engels in de week het systeem (te) omslachtig is. Als docent zijn er redelijk wat zaken bij te houden en de app die je als docent gebruikt geeft niet de mogelijkheid snel informatie te verwerken. Daarnaast hebben mijn leerlingen geen tablet of laptop en zijn daarmee de mogelijkheden voor het gebruik van ClassCraft beperkt. Het ClassCraft systeem doorkruist ook mijn eigen puntensysteem en dit werkt voor leerlingen soms verwarrend. Mijn MP-systeem is al behoorlijk anders dan het reguliere onderwijs en een ander puntensysteem waarmee je kunt levellen maakt het er niet duidelijker op.

In plaats van het ClassCraft systeem heb ik een eigen, kleiner, systeem ontwikkeld om goed gedrag te belonen. De leerlingen vervullen in hun guild (groepje) geen rol meer van krijger, magiër of genezer, maar krijgen allemaal dezelfde set met vaardigheden die ze in de les kunnen gebruiken. Deze vaardigheden kunnen ze ‘betalen’ met EP (EnergyPoints). EP krijg je door het maken van extra oefeningen of uitvoeren van uitzonderlijke prestaties. De EP houd ik bij via een app genaamd Teacher Aide. In deze app kan je punten toekennen aan opdrachten. In mijn geval zijn dat de behaalde EP punten. Deze lijst kan ik exporteren en koppelen aan de HUD van de leerlingen. Zo hoef ik niet handmatig alle EP punten bij de leerlingen bij te houden.

Naast EP, zijn er ook nog HP en CC. HP werkt hetzelfde als met ClassCraft: als je op 0 komt, krijg je een willekeurige straf. Corruption Counters (CC) treden in werking als je vaker straf krijgt. Hoe meer Corruption je hebt, hoe hoger de kans dat je straf zwaarder wordt. Beide punten worden ook bijgehouden in Teacher Aide.

Meer focus op het oefenen met zinsvertalingen
Het vertalen van Engelse zinnen vormt een groot onderdeel van de toetsing in klas 1. Leerlingen gaven aan graag hier mee te kunnen oefenen, net zoals de grammatica (crafting). Wij gebruiken Stepping Stones. Ik heb de stones verwerkt in Moodle opdrachten en deze werken ook via een vragenpool. Daarnaast komen er meer (optionele) zinnen om te vertalen bij de crafting (idee van een leerling). Ook zal de overhoring van de zinnen uitgebreider zijn.

Eigen woordenschat overhoring
Er komt een uitgebreidere woordjesoverhoring die beter aansluit op de toetsing op het proefwerk. Wanneer leerlingen alle woordjes moeten leren van een hoofdstuk krijgen ze eenzelfde soort oefening als die op het proefwerk (vertaal een woordje en zet deze in een zin) en er komt een thematische woordenoefening. Deze overhoring geeft 400 in plaats van 200 punten. Dit is om cyclisch leren te promoten.

Meer stilstaan bij leesvaardigheid
Niet een onderdeel van mijn systeem, maar ik wil langer stilstaan bij het bespreken van teksten. Ook wil ik dat leerlingen minimaal één boek lezen.

Klas 3: woordenschat en zinnen vertalen
Het afgelopen jaar hebben mijn derde klassen een digitaal spel gemaakt. Met twee uur Engels snoept dit te veel onderwijstijd af van het leren van Engels. Dit project gaat eruit en ik ga mij meer focussen op kennisverwerving. Leerlingen krijgen, net als in klas 1, punten voor woordjes die zij iedere les moeten leren. De stof is cyclisch ( eerst lijsten 1A en 1C, de volgende les 1.C, 1.D, 1C&C, de les daarna 1.D, 1.C&C, 1E, etc.). Alle punten voor de woordjesoverhoringen vormen een S.O. cijfer. Ik wil ook meer uitleggen over de etymologische achtergrond van woorden en hoe je met kennis van Frans, Latijn en Grieks de betekenis van veel Engelse woorden kunt raden.

Leerlingen in klas 3 gaven aan dat zij meer zinnen wilden vertalen (eigenlijk net als in klas 1). Ik maakte voor een aantal lessen telkens drie zinnen die zij moesten vertalen. Dit wil ik vanaf nu vanaf het begin al doen, minimaal drie zinnen per week.

Daarnaast wil ik meer werken met de Guardian artikelen van One Stop English omdat deze goed aansluiten op hoe wij Engels in de bovenbouw geven.

Klas 5: van itslearning naar Moodle
Klas 5 zal vooral vanaf het begin van het jaar die dingen krijgen die ik gedurende het afgelopen jaar voor klas 5 heb ontwikkeld. Zij krijgen iedere twee weken een HUD in de mail over hun diagnostische voortgang. Ook zullen zij het keuzepakket voorgeschoteld krijgen zoals klas 5 dat dit jaar in de laatste module kreeg.

De grootste verandering gaat zijn dat zij dit allemaal via Moodle gaan doen in plaats van via itslearning. Dit gaat mij enorm veel tijd besparen in administratie en opgaveonderhoud.

Voor klas 5 ga ik een reader ontwikkelen over verhalen en Freytag’s Pyramid en de ontwikkeling van de roman.

Leerlingen in klas 5 gaan, net als de 5e klassers in module 4 van dit jaar, iedere les CITO woordjes moeten leren die diagnostisch worden overhoord.

Komend jaar mogen we gebruik gaan maken van Revisely, een online applicatie om schrijfopdrachten na te kijken.

Klas 6: doorgaan met de lijn die is uitgezet
Leerlingen in klas 6 blijven op itslearning werken. Er zullen kleine toegingen komen wat betreft de woordenschat. Ik wil ook meer uit gaan leggen over het opbouwen van een argument in een betoog. De nieuwe CITO woordenlijsten zullen ook veel tijd in beslag gaan nemen.

Moodle!
Mijn pilot met Moodle mag ik dit jaar uitbreiden. Een groep van tien docenten gaat met deze elo komend jaar aan de slag. Als projectleider zal ik vooral sturen en en adviseren. Ik ben al enthousiast, maar nu is het zaak dat anderen er ook blij van worden. Er is een grote kans dat er meer informatie over Moodle op drakenvlieg.nl komt.

 

Energizer quiz: heroes vs heroines

Afgelopen week wilde ik een opdracht voor mijn twee stagiaires bedenken waarmee zij hun leiderschapsvaardigheden konden oefenen. Ik wilde geen veilige busopstelling, maar tafels aan de kant en een actieve opdracht. Voor de eerste klas leerlingen natuurlijk ook een goede afwisseling, zeker na een kleine overhoring.

De quiz

De quiz is qua opzet heel simpel. Je maakt twee groepen, je stelt vragen, je houdt de score bij, je roept een winnaar uit.

Deze energizer is absoluut niet nieuw, maar wel heel flexibel naar de situatie. Het grote voordeel is dat je de opdracht zo kort en zo lang kunt maken als je wilt en je er constant nieuwe variabelen in kunt stoppen zodat het voor leerlingen interessant blijft. Ook kan je elke te leren stof in de opdracht verwerken, al is dat niet het hoofddoel. De pedagogische rol als leraar en de versterking van de relatie met je klas is het meest belangrijk. Ook biedt deze opdracht meer inzicht in de groepsprocessen binnen een klas en of leerlingen buiten de boot vallen.

Heroes vs heroines

In mijn voorbeeld wilde ik de jongens tegen de meisjes. Het onderwerp van het hoofdstuk was ‘(super)heroes’ en ik doopte de quiz om in ‘heroes vs heroines’. Ik kocht een hotelbel bij bol.com voor de extra touch. Leerlingen moesten vragen beantwoorden over onregelmatige werkwoorden en de woordjes. Ik gebruikte ook de volgende (flash) website: http://www.curriculumbits.com/prodimages/details/misc/mis0014 voor een beetje extra sfeer.

  • De leerlingen stellen zich op in rijen (hoeven geen gelijke aantallen te hebben).
  • Leerlingen mogen hun handen niet boven de tafel hebben om te voorkomen dat de hand van de ene leerling makkelijker op de bel kan drukken dan de ander
  • De docent wijst de leerling aan die het antwoord mag zeggen nadat er gebeld is.
  • Een goed antwoord levert een punt op, een fout antwoord een punt voor de tegenpartij.
  • Na elke vraag rouleert de leerling zodat iedereen aan de beurt komt.

 

Variant: Clash of Titans

Aan het einde van de rondes deed ik een Clash of Titans, waarbij de kampioenen van beide teams naar voren worden geschoven. Ik liet de leerling zelf hun kampioen kiezen. Je kunt ook leerlingen selecteren op het aantal goede antwoorden wat ze eerder hebben gegeven maar dat vergt meer administratie. Aantal regelwijzigingen:

  • Moeilijkere vragen, bijvoorbeeld het boek van klas 3 voor eerste klassers ( en duidelijk laten zien dat je een moeilijk boek pakt).
  • Een fout antwoord is niet een punt voor de tegenpartij, dit om de spanning op te bouwen. Bij een fout antwoord mag de tegenpartij wel nog rustig nadenken over het goede antwoord. Als zij het antwoord ook niet weten, heeft niemand punten.
  • Je pakt weliswaar een moeilijk boek, maar de vragen moeten wel te doen zijn. Het vragen naar obscure woorden die de leerlingen telkens niet kennen, draagt niet veel bij aan de sfeer.

 

De ervaringen

Leerlingen werden al enthousiast nog voordat ik alles had uitgelegd en waren heel betrokken. Het was soms een beetje chaotisch, maar dat zorgt wel voor sfeer. Zolang je binnen de grenzen van het redelijke blijft, is dat niet erg.

In twee klassen zag ik duidelijk buitenbeetjes betrokken worden bij het quiz-proces, één meisje door gewoon een goed antwoord te geven in de ‘heroes vs heroines’. Ze kreeg high-fives van de andere meiden. In een andere klas kozen de jongens een wat stillere jongen als hun Titan, boven een meer populaire jongen. En hij won.

Je blijft als docent natuurlijk waakzaam voor de veiligheid en zal de les ook moeten stilleggen als de teleurstelling van een team wordt botgevierd op een leerling.

Het was leuk om te spelen met de spanning: de klas stil krijgen en dan langzaam een vraag lezen, spanning opbouwen en dan voor een uitbarsting zorgen.

Ik heb met opzet geen prijs ingezet. Ook kunnen leerlingen geen punten krijgen voor deze opdracht. De aandacht moet liggen op het spel en niet op de beloning.

Voor DIO’s/LIO’s (stagiaires)

Deze opdracht komt neer op leiderschap pakken. De fysieke rolverdeling is minder duidelijk. Hoe krijg je een klas stil dat vol adrenaline zit? Hoe houd je de regie? En hoe zorg je ervoor dat het spel spannend en eerlijk blijft? Je moet constant switchen tussen de verschillende rollen die je als docent hebt en je niet te veel laten meeslepen in het enthousiasme van de groep.

Socrative: the good, the bad and the ugly

Voor mijn klassen 1 en 3 gebruik ik Socrative om woordjes te overhoren. Persoonlijk ben ik geen voorstander Kahoot, een ander overhoor programma die vaak met Socrative wordt vergeleken. Ik zie in mijn lessen geen meerwaarde in het zo snel mogelijk antwoord geven op vragen. Ook heb ik een fill-in-the-blank nodig voor het invullen van woordjes en zover ik weet is dit niet mogelijk met Kahoot. In Project 1 geef ik mijn eerste klassen 100 XP voor een score van 70% of hoger. Ook mijn derde klassen krijgen een kleine bonus voor het eerste volgende S.O. Doel van het gebruik van Socrative is het leren van woordjes meer te spreiden en goed leergedrag te belonen.

logo_new

Hoe het werkt

Als ik een klas overhoor staat het logo van Socrative aan het begin van de les op het bord. Leerlingen weten dat ze overhoord gaan worden en dat ze de tafels een halve meter uit elkaar moeten zetten en geen boeken moeten pakken. Ze pakken óf een telefoon en openen de app, óf ze pakken een pen. Leerlingen die geen telefoon kunnen of willen gebruiken krijgen een S.O.-blaadje van mij. Dit gebeurt zonder dat ik een woord heb gezegd en creëert geen onnodige onrust.

Wanneer ik de overhoring start (de ‘start’-knop van Socrative), deel ik A5 S.O.-blaadjes uit voor de leerlingen die niet op hun telefoon werken. Mocht er iets misgaan met een leerling die op de telefoon werkt, dan steekt hij of zij een vinger op en vervolgt de overhoring op papier. Leerlingen kunnen vrij navigeren in Socrative en krijgen een bepaalde tijd om het af te ronden.

Na een bepaalde tijd rond ik de Socrative overhoring af en verstuur de resultaten naar mijn email. De S.O.-blaadjes neem ik in en kijk ik achteraf na. Om werkdruk te beperken stop ik met nakijken als een leerling halverwege al geen 70% heeft gehaald. Leerlingen krijgen hun blaadje ook niet terug. De digitale resultaten controleer ik op synoniemen. Spelfouten worden zowel via Socrative als via papier als heel gerekend.

De volgende les noem ik alleen de leerlingen die XP hebben verdiend.

The Good

Met de Socrative overhoringen kan ik leerlingen belonen die regelmatig leren, terwijl ik niet leerlingen meteen straf als ze het niet hebben gedaan (al zou je kunnen zeggen dat ze 100 XP verliezen op hun XP-cijfer). In mijn oude systeem gebruikte ik een randomizer om willekeurig één of twee leerlingen mondeling te overhoren. Op deze manier krijg ik een veel beter overzicht wie er leerwerk bijhoudt en wie niet. Je kunt als leerling niet meer ‘duiken’.

Eens in de zoveel tijd stuur ik een overzicht van de XP-resultaten naar de mentoren zodat zij goed kunnen zien hoe het leerwerk gaat. Ik heb deze week een aantal leerlingen aan mijn bureau gevraagd die al vijf keer de woorden niet op orde hadden. Ik heb ze een stencil gegeven hoe je woordjes kunt leren in 7 stappen.

Het Socrative systeem geeft mij overzicht en inzicht in hoe (goed) mijn leerlingen leren. Ik hoef niet te straffen, maar beloon wel goed gedrag. Leerlingen krijgen ook gelijk resultaat voor geleverd werk. Althans, de leerlingen die Socrative gebruiken. De leerligne die op papier werken moeten één les wachten.

Logo House Scorpio; op bord tijdens Socrative overhoring.
Logo House Scorpio; op het bord tijdens Socrative overhoring.

The Bad (and the Ugly)

Er zijn niet echt hele slechte dingen, maar wel een aantal loopholes in het systeem. Je moet als docent niet te snel conclusies trekken over de resultaten. Zo was er vandaag een mentor, die overigens met veel interesse mijn gamification project volgt, die denkt dat een slecht presterende leerling in zijn klas niet leert omdat de opbrengst (100 XP voor een S.O.-cijfer waar je een paar duizend punten moet scoren voor een voldoende) te laag is.

Technisch zijn er ook een aantal haken en ogen. Leerlingen kunnen onder de naam van een klasgenoot inloggen in Socrative en zo elkaar helpen. Ook heb je op mobiele telefoons woordsuggesties of kunnen leerlingen een website bezoeken om woordjes op te zoeken. Je kunt dit nooit helemaal voorkomen (net als dat je niet kan voorkomen dat leerlingen weleens huiswerk van elkaar overschrijven). Je verkleint problemen door actief in het lokaal te blijven lopen. De XP opbrengst vind ik te laag om echt zorgen over te maken over fraude. Mocht ik een leerling betrappen dan moet hij of zij de rest van het jaar op papier werken.

De tips

  • Gebruik hetzelfde lokaal nummer in Socrative om je resultaten in te bewaren.
  • Leer jezelf aan om de resultaten van Socrative meteen na de overhoring naar je email te sturen. Anders heb je kans dat je sessie open blijft staan en een volgende overhoring niet goed verloopt.
  • Leer de klas standaard rituelen aan, bijvoorbeeld logo op bord, tafels uit elkaar, inloggen in systeem, telefoon ondersteboven op tafel als je klaar bent (of pen neer), na overhoring meteen telefoon weg.
  • Zorg altijd voor een papieren back-up. Wij hebben op school WiFi, maar leerlingen werken op hun eigen telefoon. Je kunt ze niet forceren een telefoon te kopen (ik heb in klas 5 zelfs een leerling die bewust geen telefoon wil).
  • Maak geen ‘big deal’ van Socrative. Het is een korte start van de les en mag niet langer dan 7 minuten duren.
  • Houd het actieve resultaten overzicht van Socrative in de gaten. Wanneer een leerling een goede score heeft, steek een duim omhoog; geef positieve feedback. Wanneer een leerling tijdens de overhoring traag is, spoor hem of haar aan door te werken.